FAQ

Veel gestelde vragen

Oefent biobrandstoffen een niet-duurzame druk uit op de kosten van landbouwgrondstoffen?
Van de wereldwijde graanproductie die in 2007 werd geschat op iets meer dan 2 miljard ton, vertegenwoordigde het aandeel dat bestemd was voor biobrandstoffen ongeveer 70 miljoen ton, of ongeveer 3,5%.

In Europa, waar de druk op de graanprijzen het grootst is, gebruikt de bio-ethanolsector minder dan 2% van deze graanproductie.
Het huidige gebrek aan evenwicht wordt voornamelijk veroorzaakt door een daling van de graanvoorraden in de wereld als gevolg van een stijgende vraag, en door herhaalde droogte, die de afgelopen twee jaar ernstige gevolgen hebben gehad voor enkele belangrijke producerende landen. Bovendien richt de European Common Agricultural Policy (CAP) zich de afgelopen tien jaar met (te veel) succes op een vermindering van de productie en op grote Europese voorraden.
Dit heeft de afgelopen jaren geleid tot een aanzienlijke onderbenutting van de Europese landbouwproductiecapaciteit. Het groeipotentieel is dus enorm. Bovendien blijven in de nieuwe lidstaten grote oppervlakten ongebruikt.

Moet Europa zijn eigen biobrandstofindustrie creëren? Is het bezig met het bouwen van een fort rond deze industrie?
De Europese aanpak is tweeledig.
De landen die momenteel biobrandstoffen produceren tegen de beste prijs, zullen niet voldoende zijn om aan de toekomstige wereldvraag te voldoen. Er zijn nieuwe producenten nodig. Bovendien heeft Brazilië bijvoorbeeld aangetoond dat het geen zwakke aanvoer kon garanderen. Europa kan niet alleen van import afhankelijk zijn. Daarnaast bezit het een van de grootste landbouwgebieden ter wereld.
Omdat de vraag momenteel nog beperkt is (hoewel Europa zijn eigen productie wil stimuleren om aan de toekomstige vraag te voldoen), handhaaft het forse invoerrechten op ethanol van landbouwreuzen als Brazilië, Pakistan en Zuid-Afrika. Terwijl de markt open is, zonder beperkingen van invoerrechten voor de ontwikkelingslanden van Afrika, het Caribisch gebied en de Stille Oceaan (ACS), Midden-Amerika en enkele landen in Zuid-Amerika.
De Europese markt voor biodiesel staat ook zonder beperkingen of rechten open voor invoer uit alle landen die onder Europese normen vallen.
Europa is dus het continent dat het meest openstaat voor import van biobrandstoffen uit ontwikkelingslanden. De Europese Commissie hoopt een evenwicht te vinden tussen een grote Europese biobrandstofsector die de harmonieuze ontwikkeling van de Europese landbouw garandeert, en vrije toegang voor biobrandstoffen uit ontwikkelingslanden om de landbouw en de economie in deze landen te stimuleren.
Een totale afschaffing van invoerrechten zou ten goede komen aan enkele landbouwreuzen, ten koste van de Europese en ACS-landbouw en industrie.

Is de huidige ontwikkeling van biobrandstoffen schadelijk voor het milieu, met name door ontbossing en een negatieve CO2-balans?
Het primaire doel van het gebruik van biobrandstoffen is het verminderen van de wereldwijde uitstoot van CO2. Productie en transport moeten dus zo gebeuren dat de globale CO2-balans positief is. Elke producent moet dus rekening houden met de criteria van duurzame ontwikkeling: geen ontbossing, duurzaam energieverbruik, maatschappelijk verantwoorde productie (geen kinderarbeid of moderne vormen van slavernij). Tegenwoordig respecteren sommige producenten deze criteria perfect, andere waarschijnlijk minder.

Het is dringend noodzakelijk om een certificeringssysteem op te zetten, zoals de Europese Commissie hoopt, om naleving van deze criteria te garanderen.
Grote hoeveelheden biobrandstof produceren zonder ontbossing en met een positieve CO2-balans is heel goed mogelijk. Opgemerkt moet worden dat de Belgische overheid op basis van deze criteria al producenten heeft geselecteerd voor de nationale markt.

Alleen biobrandstoffen van de tweede generatie (geproduceerd op basis van non-foodgrondstoffen) hebben toekomst. Al onze inspanningen moeten daarom op dit gebied worden gericht.
Biobrandstoffen geproduceerd uit non-food grondstoffen hebben een veelbelovende toekomst voor zich, met name door overvloed aan ongebruikte biomassa over de hele wereld.
Onderzoek ontwikkelt zich in deze richting, maar voorlopig kosten deze tweede generatie biobrandstoffen nog bijna twee keer zoveel als traditionele biobrandstoffen.
Het meest interessante aspect van het onderzoek is gebaseerd op een technologische ontwikkeling, die voornamelijk enzymatisch en landbouwkundig is.
De verdere ontwikkeling van landbouwsystemen die puur zijn ontworpen voor de productie van energie, met het beste rendement per hectare, met minder water, kunstmest en pesticiden, bieden veelbelovende vooruitzichten.
Al deze ontwikkelingen zijn gebaseerd op de bestaande eerste generatie industrie. Dit is een sterk argument voor de ontwikkeling van een grote Europese biobrandstofindustrie, die moet beginnen met traditionele landbouw en moet evolueren naar het gebruik van non-food biomassa.
De bestaande productieketen is verre van optimaal. De grondstof bestaat uit landbouwproducten die tot nu toe als voedsel werden verbouwd. Deze worden vervolgens in de productie-installaties verwerkt met behulp van een technologie die oorspronkelijk voor andere toepassingen is ontworpen. Ten slotte wordt de verkregen biobrandstof gebruikt in auto’s waarvan de motoren voornamelijk zijn ontworpen voor andere brandstoffen.
Onderzoek naar grondstoffen, productieprocessen en de auto-industrie is nog maar net begonnen.
Gezien de ingezette middelen en de geboekte vooruitgang op korte termijn, zal het waarschijnlijk binnenkort mogelijk zijn om op grote schaal biobrandstoffen te produceren tegen een prijs die concurrerend is in vergelijking met olieproducten en zonder dat er een tekort aan voedingsmiddelen ontstaat.

Ondertussen zijn de miljarden geïnvesteerd in Europa, de VS, Zuid-Amerika en de ontwikkelingslanden zijn een factor bij het scheppen van banen en plattelandsontwikkeling en stellen ze ons in staat om de financiële transfers naar de olieproducerende landen te verminderen.

Alco is lid van ePure, de Europese vereniging voor hernieuwbare ethanol.

Alle informatie over bio-ethanol vind je op www.epure.org